vrijdag 30 juli 2010

Afkicken: nee! Wennen: ja!

Ik loop al tien dagen afwisselend in dezelfde drie outfits rond. Weinigen merken het op. Of moet ik opmerkingen als "wat zie je er wild uit vandaag" misschien niet zo positief interpreteren?

Reden van mijn vestimentaire stagnatie ligt bij de nieuwe kleerkast in mijn nieuwe stek. Een mooi wit ding, met melkglas, op maat gemaakt, Ikea-stempel (neen, die twee hoeven niet contradictorisch te zijn), schuifdeuren en veel plaats zodat ik alles goed en overzichtelijk zie liggen. Ja, en toch loop ik al tien dagen afwisselend in dezelfde drie outfits rond.

Ik zie het niet: het overzicht, de structuur, de indeling van de kleerkast. Ik heb ze nochtans zelf ingeladen en toch vind ik niet wat ik moet hebben, zie ik geen perfect passende outfits. Dus doe ik aan, wat ik al eens een keertje aanhad, wat opzij ligt.

Een gelijkaardig gewenningsprobleem ontvouwt zich in de nieuwe keuken. Helemaal zelf gekozen, onze goesting en toch verliep het orecchiette met zalm en broccoli maken nooit zo chaotisch. Zalm al klaar, of toch niet. Saus nog te maken, te dik, te dun, geschift of toch niet. Pasta koken, samen met broccoli of toch apart. Hier een snijplank, daar een snijplank.

Afkicken van het oude: nee; wennen aan het nieuwe: ja! ... Genieten van het nieuwe: ja!

maandag 26 juli 2010

Dieren redden en ander goeds

Ze zijn zo vol van zichzelf, meneer. Maar dat is niet erg, meneer. Want ze doen ook zoveel goeds, meneer. Zoveel goeds, meneer, dat een ander er bij verbleekt. Wat zeg ik? De ander wordt gewoon transparant, meneer.

En weet je wat het is met dat transparante? Dat is gewoonweg vervelend. Maar weet je wat nog vervelender is, zij die denken dat ze zo vol van zichzelf moeten zijn omdat ze zogenaamd zo vol goeds zijn. En dat, 32 minuten lang. Vreselijk, toch zeker op een maandagochtend, na een onrustige "slapen, wat is dat?"-nacht, met een hoofd dat het druivensap niet goed lijkt te verdragen en een maag die plots zegt: "nah, geen zin in verteren".

Picture this: "Ooooh (lijzig en Leuvens, nvdr), ik doe basket. Ik heb ook wel eens volleybal gedaan, maar nu doe ik basket. Basket vind ik tof. Ik kleed me dan om. Daarna douche ik, want ik doe dan dit en dan dat. Toen heb ik dat beleefd. Ik zag dan dit en voelde dat. Ooooh, Ik doe dat zo goed, dat iedereen zegt dat ik toch goed ben. Ik ben dan toch de beste. Ik ben wel een meisje, maar ik doe alleen sportactiviteiten. Ik ben stoer. Ik wil paintballen. Ik ben dan toch echt stoer. Ik weet dan niet wat te zeggen, maar ik zeg dan toch iets. Ik ben dus wel echt superstoer. ... knabbelt aan lange geelgelakte nagel ... Ik ben echt een halve jongen. Ik ben tof voor de jongens. Ik ben pas vanaf mijn 13e geïnteresseerd in sport. ... korte, stille vraag van 30 jaar oudere medepassagier ... Ik sport, dus ik ben stoer. Ja, ik volg ook sport op school. Ik ben gaaf. Ik heb bandjes aan mijn pols. Van Werchter. Ik mag naar Werchter. Ik ben dus kei cool. Ik kan basketten met mijn bandjes aan mijn pols." Ik ik ik ik...

... Ik red ook nog kleine poesjes, schenk al mijn zakgeld aan Artsen zonder Grenzen, ik ben altijd lief en vriendelijk, ik stel me nooit ongepast in de spotlights, tenzij op een rode loper, ik help mijn vrienden en medemensen, ik luister graag naar anderen (yeah, right!)...

Een gratis theatermonoloog op de trein. De trein is altijd een beetje cultuur. Ik vond het met een kleine - ik zou zeggen: amper zichtbaar met het blote oog - "c". Wat jij ervan vindt, mag je zelf kiezen: maandagochtend, 8.24u, trein Leuven-Aalst-Gent Sint-Pieters, laatste wagon, onderaan.

vrijdag 23 juli 2010

Seizoensfruit

Heidi dress black cherry
Pinupgirlclothing.com



Mine!!

Denk weg:
opgespoten lippen
verzakte bewerkte ogen
ravenzwart haar
expliciete jukbeenderen

Denk erbij:
natuurlijke, dunne, doch kissable lips
ogen vol schittering
langere benen
blondie
sproeten
Me!

x

donderdag 22 juli 2010

Misverkiezing der wachtdeuntjes (neen geen spelfout)

Als je in dit kleine Belgenlandje wat te regelen hebt - administratief gezien dan, geen andere fix' - dan kom je gegarandeerd in contact met de everlasting muziek van Mozart en zijn vriendjes (in de pré-Facebook betekenis). Het credo luidt in zo'n situatie immers nog altijd, het internet ten spijt: een beller is sneller (cfr. Sexy Smurf).

Op tijd en stond wat Mozart door de luidsprekers: laat maar komen. Verdi, Ravel, Bach of Beethoven: de ene na de andere, dan in de schouwburg, dan door mijn huiskamer. Fantastisch! Door de telefoon ... dan frons ik mijn wenkbrauwen al eens. Zelfs grijsgedraaide grootmeesters en muziekvirtuozen hoor ik niet graag als een tot muzak gekneed gehaktbrood door mijn oorschelp dringen.

Maar iets "niet graag horen" en "wenkbrauwen fronsen" is nog duizenden millimeters verwijderd van "onuitstaanbaar", "vlucht gedrag vertonend" en "peristaltische slokdarmbewegingen voelen tot aan de huig". Plaats van onheil: aan de telefoon met - naar ik vermoed - schelle pianotonen en ander messenscherp gedjingel. Wanna try this at home? Bel maar eens naar Eandis.

maandag 19 juli 2010

Schilderkunst

Ik was nooit van het heel sportieve type, dus ging ik als kind niet naar de atletiekclub - godzijdank, vooral voor mijn mogelijke trainer - maar naar de tekenacademie. Het had ook wat te maken met die genen: moeder is into design en kunst, daar ze met de vader die grafisch ontwerper is, is getrouwd.

Hoe dan ook, elke woensdag en/of zaterdag zat ik er dus lustig op los te tekenen, schilderen en ook boetseren af en toe. Ik vond het fantastisch om me onder te dompelen in de wereld van mijn fantasie en kleuren. Toch zolang het wat van het "ruwere" werk mocht zijn, cfr. Appel, Spaens en menig ander écht kunstenaar. Met een fijn penseel dotjes zetten, vond ik maar niks om zelf te doen. Mijn beeldhouwkunst bevatte ook eerder een zekere plasticiteit, dan een gekunstelde belijning. Verfijning was niet aan mij besteed.

Vorige week nam ik sinds enkele jaren de verfborstel nog eens ter hand en ik dompelde me onder in de wereld van kleur (weliswaar aanvankelijk spierwit), geur (weinig te bespeuren wegens watergedragen) en fantasie (etentjes, aperitivi en basilicum op het terras). Deze keer geen papier, noch canvas dat blanco lag te wachten op mijn penseelstroken, maar gyproc en plaaster. Met borstel en rol ging ik er lustig tegenaan. Het is te zeggen, zolang het vlak vroeg om mijn krachtige, actieve, energieke, passionele uithalen. Was het eerder een chambrang (voor vertaling: zie het Groot Woordenboek der Oost-Vlaams - Nederlands) dan spanden mijn zenuwen zich: verfijnd prutswerk, het is niet aan mij besteed.

dinsdag 13 juli 2010

Ventousiast op de top

Het begon met een geleidelijke stijging. Dat ging vlotjes. Voor vertrek hadden we bovendien à la Français een baguette, een saucisse en une tomate gekocht op de markt: onze lunch voor onderweg en ik had er goesting in. In de baguette, maar ook in de klim.

We namen onze tijd. Dat doe je namelijk het best als je naar de top klimt met een zinderende zon aan het hemelfirnament, op het heetste moment van de dag. Ja, je hebt altijd lunatics op de wereld.

Zachtjes aan ging het minder zachtjes aan omhoog: de hellingen werden steviger en de groene pijlen zoefden - alsnog zachtjes aan - voorbij. Halfweg - dat vermoed ik toch - gaf de rug te kennen dat het tijd werd om de benen toch eens een wandelende beweging te laten maken. En de goesting in de baguette was er nog steeds, dus hielden we halt op een idylisch plekje, een beetje van de weg. Het is toch ook genieten, zo'n beklimming.

Niet te lang talmen, de top lonkt. Verder langs de boomrijke weg omhoog. En nog omhoog en alsmaar omhoog, omhoog, omhoog. Doordoen, doordoen, doordoen. En plots lag ie daar voor ons: de kalkwitgrijze top van de Mont Ventoux. Die aanblik voedde ons enthousiasme alleen maar en stuwde ons verder door. Rustig aan de laatste steile helling op en dan genieten van een magnifiek uitzicht over de Vaucluse. En de anderen van ons: we hadden er wel bekijks op onze Vespa.

LinkWithin

Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...