Kwaliteit - en niet potgrond dixit "Alles Moet Weg" - is de basis van alles en ik wil kwaliteit. Al haal ik een kebab of bestel ik thuisleverpizza: ik wil dat het goed is, dat er herkenbare ingrediënten van goede kwaliteit in of op belanden en dat het lekker is. Dit credo geldt ook voor het waarschijnlijk goedkoopste voedsel dat meteen onze nationale, ongezonde trots is: frieten.
Als ik dat in mijn mond steek, wil ik in verrukking gebracht worden. Ja, door frieten. Of kebab. Of pizza. Of konijn. Of kaviaar. Of kreeft. Ik eet dus, ik ben in een staat van verrukking. Soit, om een lange filosofie kort te maken: ik trok - voor frieten - naar Mèulebéééke. Naar de Oostroozebeekestraat, in Meulebeke. Jep, that's right, ik was 123 km (thank you Google Maps) onderweg vanuit mijn hometown naar Bèrefriet.
Bèrefriet, dat is een samentrekking van het woord beregoed - ofte in het lokaal dialect beter uitgesproken "bèrehoed" - en ... ja, natürlich ... friet. En ze hebben daar ook bèerhoede friet. Zelfs voor 2 euro het bakske. Met home made vlezekes van de frituur, reuze-home-made-brochetten, home made tartaar, home made spaghettisaus, home made stoofvlees, home made ballekes in tomatensaus en de traditionele vlezekes van Mmmmmmora. Als je ter plaatse eet, krijg je zelfs een bordje met léhumen. Bèrelekker. Smàhkhelijk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
You make me happy: bedankt voor je comment!