Ik heb gehold, ik heb gemoeten, ik heb gedaan. En nu heb ik even vakantie. Op de vakantieplanning: niets moet, alles mag. Ik ga mijn thuis geen poetsbeurt geven, ook al vliegen de stofvlokken in het rond. Ik rij niet het halve land rond om de zoon van de nicht van de tante van mijn grootmoeders broer te gaan bezoeken, al stel ik sommige familiebanden erg op prijs. Ik dokter geen aartsmoeilijke gerechten uit op basis van voor mij ongekende ingrediënten, al doe ik weinig liever dan heer en meester spelen in de keuken.
Tenzij er gek veel goesting is. Zoals gek veel goesting in een topper van een pasta met het visje van de maand, sardientjes. Zo'n pasta vraagt niet echt veel: wat liefde, enkele goede ingrediënten en een beetje kooktijd. Wat ik dan ook liever kwijt dan rijk ben op het moment van gek veel goesting in de voorbereiding van zo'n toppasta, is een visverkoopster die me met een gezicht alsof ze net vijf glazen citroensap leegdronk de info geeft dat "vis kuisen echt vies is". Gevolgd door het flauwe excuus dat "ze het waarschijnlijk ook niet mag van haar baas, dril halen uit een vis".
Die woorden komen van iemand die met een plastic schort voor een met ijs gekoelde toog boordevol visachtigen staat... En ik gaap haar vol ongeloof aan. Ik denk dat mijn ogen de grootte van een knikker hadden en dat het viswijf de vullingen in mijn achterste kiezen kon zien. Ik was ook verbouwereerd omdat haar antwoord betekende dat ik zelf aan de slag zou moeten. Daarbij is dan nu het moment aangebroken om te bekennen dat ik geen held ben in het leeghalen van herkenbare dieren. Ik heb te veel fantasie: dat elk van deze schattige sardientjes al blubbend tegen me zou zeggen dat ik hen te ruw behandel en hen pijn doe, bijvoorbeeld. Op zo'n moment ben ik een watje en verre van een kok.
Uit louter egoïstische overwegingen - en dus niet om de visdame wat bij te laten leren - repliceerde ik haar dan maar snedig "vies?! En jij verkoopt vis?!", waarop ze bedremmeld met mijn 500 gram sardienen in de hand naar de kuistoog slenterde en me vroeg of de kop er ook af moest. Ja, graag. Dankjewel. Nog een fijne dag verder. En ik wierp haar een laatste brede, oprechte glimlach toe.
Tenzij er gek veel goesting is. Zoals gek veel goesting in een topper van een pasta met het visje van de maand, sardientjes. Zo'n pasta vraagt niet echt veel: wat liefde, enkele goede ingrediënten en een beetje kooktijd. Wat ik dan ook liever kwijt dan rijk ben op het moment van gek veel goesting in de voorbereiding van zo'n toppasta, is een visverkoopster die me met een gezicht alsof ze net vijf glazen citroensap leegdronk de info geeft dat "vis kuisen echt vies is". Gevolgd door het flauwe excuus dat "ze het waarschijnlijk ook niet mag van haar baas, dril halen uit een vis".
Die woorden komen van iemand die met een plastic schort voor een met ijs gekoelde toog boordevol visachtigen staat... En ik gaap haar vol ongeloof aan. Ik denk dat mijn ogen de grootte van een knikker hadden en dat het viswijf de vullingen in mijn achterste kiezen kon zien. Ik was ook verbouwereerd omdat haar antwoord betekende dat ik zelf aan de slag zou moeten. Daarbij is dan nu het moment aangebroken om te bekennen dat ik geen held ben in het leeghalen van herkenbare dieren. Ik heb te veel fantasie: dat elk van deze schattige sardientjes al blubbend tegen me zou zeggen dat ik hen te ruw behandel en hen pijn doe, bijvoorbeeld. Op zo'n moment ben ik een watje en verre van een kok.
Uit louter egoïstische overwegingen - en dus niet om de visdame wat bij te laten leren - repliceerde ik haar dan maar snedig "vies?! En jij verkoopt vis?!", waarop ze bedremmeld met mijn 500 gram sardienen in de hand naar de kuistoog slenterde en me vroeg of de kop er ook af moest. Ja, graag. Dankjewel. Nog een fijne dag verder. En ik wierp haar een laatste brede, oprechte glimlach toe.
Spaghetti/Fettucini met sardientjes
(voor 4 personen)
500 gram pasta
1 kg sardientjes, schoongemaakt (graat, kop en staart verwijderd)
8 ansjovisfilets op olie, in stukjes gesneden
1 grote venkelknol
1 ui, versnipperd
1 zakje saffraan
2 eetlepels pijnboompitten
1 glas droge witte wijn
olijfolie
peper en zout
2 eetlepels rozijnen, voor de liefhebber
DOEN
Open de sardientjes als een boek, spoel ze onder stromend water en snij ze in grove stukken. Was de venkel, haal de buitenste stukken weg en snij ook in stukjes. Kook de venkelstukjes in een ruime hoeveelheid water met zout gaar. Giet af.
Verhit een scheut olijfolie in een pan en fruit daarin de fijngesneden ui. Roer de ansjovisfilets erbij en laat ze smelten. Meng er vervolgens de pijnboompitten, de stukjes venkel, de sardientjes en eventueel de rozijnen door.
Schenk er een scheut wijn bij en laat op hoog vuur verdampen. Los de saffraan op in enkel eetlepels warm water en schenk het bij de saus.
Breng op smaak met peper en zout en laat de saus ongeveer 40 minuten koken. Voeg indien nodig nog enkele eetlepels warm water toe.
Kook intussen de pasta in een ruime hoeveelheid water al dente. Giet af en meng de pasta door de saus. Laat het geheel nog 5 tot 10 minuten rusten zodat het sausvocht goed in de pasta kan trekken.
Hahaha, geweldig.... toen ik een jaar of 15 was mocht ik in het restaurant van mijn pa enkele kilo tong kuisen... omdat hij wist dat ik dat lekkere vis vond. En ondanks dat nog ne 'propere' vis is was ik daar geen fan van hoor.
BeantwoordenVerwijderen